| Ariete klasse | |
|---|---|
| Type | Torpedoboot |
| Land van herkomst | Italië |
| Bouwfirma | Zie tabel |
| Ontwerp | |
| Productie (kiel / te water / in dienst) | 1936-1938 / 1942-1943 / 1942-1944 |
| Gebruiker(s) | Marines van Italië, Duitsland en Joegoslavië (na-oorlogs). |
| Specificatie | |
|
| |
| Afmetingen (lengte/breedte/diepgang) | 83,5 m. / 8,62 m. : 3,15 m. |
| Bepantsering | |
| Bewapening | 2x 100-mm kanons, 10x 20-mm luchtdoelkanons, 2x drievoudige 450-mm torpedobuizen, 28 mijnen. |
| Vliegtuigen | geen |
| Voortstuwing | Twee paar stoomturbines met transmissie van 16.405 kW (22.000 as-pk), twee schroefassen. |
| Waterverplaatsing | 800 ton standaard / Volgeladen: 1125 ton. |
| Snelheid/Bereik | 31 knp (57 km/u) / |
| Bemanning | 158 |
| Einde | |
Tussen 1936 en 1938 werden 32 torpedoboten van de Spica klasse te water gelaten. Dit waren schepen met een enkele schoorsteen en een efficiëntere rompvorm, die dezelfde snelheid haalden als de voorgaande Curtatoni klasse, die het van zijn vermogen moest hebben. Het profiel van de Spica klasse leek verbazend veel op de destroyers van de Oriani klasse uit dezelfde periode. Het voornaamste verschil was dat de laatsten een grotere schoorsteenbehuizing hadden, die nodig was om alle leidingen onder te brengen die uit de twee afzonderlijke ketelruimten kwamen. De destroyers hadden geen schoorsteen-afdichting zoals de torpedoboten. Op de Spica klasse werd voor het eerst de 100-mm (3,9-inch) kanon toegepast. Elk schip had er slechts drie en ze werden vooral tegen schepen gebruikt, daar de maximale elevatie 45° en de vuursnelheid maar 8 schoten per minuut was. Verrassend genoeg, het gebruiksdoel van deze klasse in aanmerking nemend, hadden deze schepen maar vier kleine 450-mm (17,72-inch) torpedobuizen en deze dienden nauwelijks een doel daar ze als enkele buizen opgesteld waren. Dat betekende dat elke zijde van het schip maar twee torpedobuizen had. Later werden ze om die reden vervangen door dubbele centraalgeplaatste torpedobuizen.
Het ontwerp van de Ariete klasse was niet veel meer dan een verbeterde Spica klasse. De Ariete klasse was iets breder. Dat vergde meer vermogen, maar het voordeel was dat de nuttige lading toenam. Het toegenomen gewicht ging op aan de twee extra torpedobuizen (die echter nooit werden vervangen door het veel nuttiger kaliber 533-mm/21-inch) en verder aan een toename van het aantal mee te nemen mijnen van 20 naar 28 en een equivalent aan dieptebommen. De Italianen gebruikten hun torpedoboten vooral om mijnen te leggen.
Pas in 1942-1942 werden de kielen gelegd van de schepen van de Ariete klasse. Tegen die tijd had de vloot het voordeel te beschikken over gevechtservaring. De bedoeling was, met een langlopend programma 40 van zulke schepen te bouwen. Verspreid over drie jaar werden echter slechts de kielen gelegd van zestien stuks, namelijk de Alabarda, de Ariete, de Arturo, de Auriga, de Balestra, de Daga, de Dragone, de Eridano, de Fionda, de Gladio, de Lancia, de Pugnale, de Rigel, de Spada, de Spica en de Stella Polare. Alleen het naamgevende schip werd daadwerkelijk aan de Italiaanse marine afgeleverd, een maand voor de wapenstilstand. De andere schepen verkeerden toen in verschillende stadia van voltooiing en vielen in Duitse handen. Slechts dertien daarvan kwamen alsnog in dienst. Alleen de Ariete en de Balestra overleefden de oorlog en dienden daarna onder Joegoslavische vlag.
Schepen[]
| Italiaanse naam | Duitse naam | Bouwer | Einde |
|---|---|---|---|
| Alabarda | TA 42 | CRDA Trieste | Gezonken bij een luchtaanval te Venetië op 21 maart 1945 |
| Ariete | Ansaldo Genoa | Na de overgave in 1943 werd ze overgedragen aan de geallieerden, ze werd in 1949 overgedragen aan Joegoslavië als oorlogsbuit. | |
| Arturo | TA 24 | Ansaldo Genoa | Nam deel aan het bombardement op Bastia op 1 maart 1944. Tot zinken gebracht bij een gevecht met de Britse destroyers HMS Meteor en HMS Lookout op 18 maart 1945. |
| Auriga | TA 27 | Ansaldo Genoa | Zonk bij een luchtaanval door P-47's van de 332nd FG op 9 juni 1944. |
| Balestra | TA 47 | CNQ Fiume | Beschadigd bij een luchtaanval toen ze zou te water gelaten worden. In 1949 afgebouwd voor de Joegoslavische marine, verschroot in 1971. |
| Daga | TA 39 | CRDA Trieste | Bracht samen met de Spada de Britse motorboot ML-1227 tot zinken, werd op 16 oktober 1944 zelf tot zinken gebracht. |
| Dragone | TA 30 | Ansaldo Genoa | Tot zinken gebracht op 15 juni 1944 door Amerikaanse PT boten. |
| Eridano | TA 29 | Ansaldo Genoa | Tot zinken gebracht bij een gevecht met de Britse destroyers HMS Meteor en HMS Lookout op 18 maart 1945. |
| Fionda | TA 46 | CNQ Fiume | Zwaar beschadigd door een bombardement tijdens de bouw, verschroot na de oorlog. |
| Gladio | TA 37 | CRDA Trieste | Zwaar beschadigd door de Franse destroyers Le Terrible en de Le Malin in februari 1944. Zonk op 7 oktober 1944. |
| Lancia | TA 41 | CRDA Trieste | Tot zinken gebracht op 17 februari 1945 bij een luchtaanval op Trieste. |
| Pugnale | TA 40 | CRDA Trieste | Tot zinken gebracht op 4 mei 1945 te Monfalcone. |
| Rigel | TA 28 | Ansaldo Genoa | Nam deel aan het bombardement op Bastia op 1 maart 1944. Op 9 juni 1944 tot zinken gebracht. |
| Spada | TA 38 | CRDA Trieste | Bracht samen met de Spada de Britse motorboot ML-1227 tot zinken. Zonk op 13 oktober 1944 na een luchtaanval. |
| Spica | TA 45 | CNQ Fiume | Tot zinken gebracht door Britse MTB's op 13 april 1945. |
| Stella Polare | TA 36 | CNQ Fiume |
Zonk op 18 maart 1944 toen ze op een eigen mijn liep. |