| Junyo klasse | |
|---|---|
|
Type |
Vliegdekschip |
|
Land van herkomst |
Japan |
| Bouwfirma | Mitsubishi Heavy Industries, Nagasaki |
| Ontwerp | |
| Productie (kiel / te water / in dienst) | 1939 / 1941 / 1942 |
| Gebruiker(s) | Japanse Marine |
| Specificatie | |
|
| |
| Afmetingen (lengte/breedte/diepgang) | 219,20 m / 26,70 m / 8,20 m |
| Bepantsering | Romp: 50 mm, dek:25 mm |
| Bewapening | zes dubbele 12.7-cm/40 Type 89 AA kanons, acht driedubbele 25-mm AA kanons, |
| Vliegtuigen | 48 tot 53 |
| Voortstuwing | 2 stoomturbines, 6 Kampon waterketels van 41.760 kW (56.000 as-pk) |
| Waterverplaatsing | 24.500 ton |
| Snelheid/Bereik | 25 knp / 22.689 km |
| Bemanning | 1187 - 1224 |
|
Einde |
Verschroot in 1946 |
Net als de drie Taiyo klasse schepen die eraan vooraf gingen, waren de Junyo en zusterschip Hiyo geslaagde conversies van passagiersschepen van de Nippon Yusen Kaisha lijn, die van meet af aan waren ontworpen met het oog op deze rolwijziging. De eerstgenoemde schepen waren pas in een laat stadium omgebouwd, maar de grotere schepen van de Taiyo klasse werden al voor de tewaterlating geconverteerd. Ze liepen in juni 1941 van stapel, vijf maanden voor het uitbreken van de oorlog met de VS. Medio 1942 waren ze klaar.
Ruim vliegdekschip[]
Omdat ze als passagiersschip waren ontworpen, hadden zoveel vrijboord en daardoor navenant veel ruimte voor twee hangars, zij het met een beperkte hoogte. De vliegdekken waren maar liefst 210,20 x 27,30 m groot en hadden twee liften. De schepen waren echter tamelijk langzaam en hadden geen katapults.
Extra uitrusting[]
Het waren de eerste Japanse vliegdekschepen met een schoorsteen op het eiland, die onder een eigenaardige hoek naar buiten gekanteld stond. Afgezien van de nooit voltooide Italiaanse carrier Aquila waren dit de grootste vliegdekschepen die werden gebouwd op een koopvaardijromp.
De vliegtuigen van de Junyo hadden bij Midway een beslissing kunnen forceren, maar het schip voerde toen een tamelijk futiele afleidingsmanoeuvre bij de Aleoeten uit. In Oktober 1942 brachten de vliegtuigen bij Santa Cruz schade toe aan het Amerikaanse slagschip USS South Dakota en een kruiser, en droegen bij aan het tot zinken brengen van het vliegdekschip USS Hornet. Beide zusterschepen opereerden samen binnen vliegdekschipdivisie 2 van schout-bij-nacht Kakuta. Toen Ozawa in de Filippijnse Zee de oppermachtige Task Force 58 van admiraal Mitscher aanviel, werd de Junyo zwaar beschadigd door bommen en zonk de Hiyo na een vernietigende explosie, vermoedelijk ten gevolge van de damp van vliegtuigbenzine.
Uitgeschakeld[]
De herstelde Junyo werd in december 1944 getorpedeerd, maar bleef drijven. Het schip kwam echter niet meer in de vaart en was een van de zeer weinige Japanse oorlogsschepen die de oorlog overleefden.