| Sd.Kfz.251 | |
|---|---|
|
Type |
Halfrups pantservoertuig |
|
Land van herkomst |
Duitsland |
| Bouwfirma | Hanomag, Adlerwerke, Horch, Škoda, Borgward |
| Ontwerp | Hanomag |
| Productie (ontwerp / productie / in dienst) | 1937 / 1938 / 1939-1945 |
| Gebruiker(s) | |
| Specificatie | |
|
| |
| Afmetingen (lengte / breedte / hoogte) | 5,8 m / 2,1 m / 1,75 m |
| Gewicht | 7810 kg |
| Motor(en) | Maybach HL 42 6-cilinder benzinemotor |
| Prestaties (snelheid / bereik) | 53 km/u / 300 km |
| Bewapening | Afhankelijk van de uitvoering |
| Doorwaaddiepte | 500 mm |
| Hellingshoek | |
| Verticaal obstakel | |
| Overschrijdend vermogen | 200 cm |
| Bemanning | 2 |
| Gebouwd | 15.250 |
|
Gebruik (Landen) |
Duitsland, Roemenië, Italië, Hongarije, Tsjechoslowakije |
De Sd.Kfz. 251, werd ontwikkeld uit de Sd.Kfz. 11. Het doel van het voertuig was om een groep van maximaal 10 infanteristen naar het slagveld te brengen, terwijl ze beschermd waren tegen vijandelijk vuur. Het voertuig heeft echter geen dak, waardoor de bemanning kwetsbaar was voor vijandelijk vuur. De testmodellen en de eerste exemplaren werden toegewezen aan de 1e Pantserdivisie die ze gebruikte tijdens de opmars in Polen in 1939. Het voertuig was bedoeld om ook in het terrein te opereren, maar omdat de voorwielen niet aangedreven waren was dat geen groot succes.
Er waren vier modellen (A-D) en vele varianten, zowel officieel als onofficieel. Het standaardmodel was uitgerust met een 7,92 mm MG 34 of MG 42 machinegeweer, gemonteerd op het open dak, aan de voorkant. Het voertuig was ook uitgerust met poorten om MP 40's te kunnen afvuren.
In maart 1942 werd Büssing-NAG geïnstrueerd om een nabijsteunversie van hun halfrupsvoertuig te ontwikkelen. De Duitse infanterie had behoefte aan betere ondersteuning bij hun aanvallen, vooral als er geen StuGs beschikbaar waren. Twee testvoertuigen werden in juni 1942 naar het oostfront gestuurd en bleken erg goed te zijn; dit leidde tot een order voor 150 Sd.Kfz 251/9's. Deze voertuigen hadden het korte 7,5-cm KwK40 kanon uit de oude Panzerkampfwagen III en Panzerkampfwagen IV. De plaats van de bijrijder verdween, omdat het wapen daar werd gezet. Het dak en het voorste kijkluik werden verwijderd, zodat het kanon naast de chauffeur paste. Dit was een ingewikkelde ombouwing en daarom wijzigde met het kanonaffuit begin 1944, zodat het ook in andere voertuigen zoals de Sd.Kfz 250, kon worden geplaatst. De nieuwe affuit zat boven op de bestaande romp en beschermde de bemanning beter. De Sd.Kfz.251/16 was een vlammenwerperversie. Hij had twee vlamkanonnen en was uitgerust met 700 liter brandstof. Omdat een van de brandstoftanks voor de achterdeur stond, werd die afgesloten. Het voertuig had genoeg brandstof bij zich voor 80 vuurstoten van twee seconden uit het vlamkanon dat tot 35 m reikte. Hij kwam in 1943 in dienst en de meeste werden naar het oostfront gestuurd. Ze bleken erg nuttig bij straatgevechten. Andere conversies leverden commando-, verbindings-, ambulance-, genie- en munitievoertuigen op. De Sd Kfz 251 was een geliefd voertuig bij de bemanning en, heel belangrijk, hij kon gemakkelijk worden aangepast aan de verschillende taken op het slagveld.
Na de oorlog werd de Sd.Kfz. 251 in Tsjecho-Slowakije nog tot begin jaren 60 geproduceerd en verder ontwikkeld. Onder de aanduiding OT-810 bleef het type hier tot in de jaren 70 in dienst.
Varianten
Er waren 23 officiële varianten, aangeduid door een volgnummer.
- Sd.Kfz. 251/1 - Standaardvoertuig.
- Sd.Kfz. 251/1 - Raketwerper, de Wurfrahmen 40 uitgerust met een lanceerinstallatie voor 280 mm of 320 mm Wurfkörper-raketten.
- Sd.Kfz. 251/1 - Falke Uitgerust met infrarooddetectiemateriaal, gebruikt in combinatie met de Sd.Kfz. 251/20 Uhu.
- Sd.Kfz. 251/2 - 80 mm mortiertransportvoertuig.
- Sd.Kfz. 251/3 - Communicatievoertuig, uitgerust met radioapparatuur.
- 251/3 I: FuG8- en FuG5-radio
- 251/3 II: FuG8- en FuG5-radio
- 251/3 III: FuG7- en FuG1-radio
- 251/3 IV: FuG11- en FuG12-radio (met 9 m lange telescopische mast)
- 251/3 V: FuG11- radio
- Sd.Kfz. 251/4 - Artillerietractor, voor de 50 mm Pak 38, 75 mm PaK 40 en de 105 mm veldhouwitser.
- Sd.Kfz. 251/5 - Genievoertuig met opblaasbare boten en draagbare bruggen.
- Sd.Kfz. 251/6 - Commandovoertuig, de Kommandopanzerwagen, uitgerust met kaarten, codeermachines e.d.
- Sd.Kfz. 251/7 - Pionierpanzerwagen, genievoertuig met uitrusting om bruggen te leggen.
- Sd.Kfz. 251/8 - Ambulance.
- Sd.Kfz. 251/9 - Uitgerust met een 75 mm L/24-kanon.
- Sd.Kfz. 251/10 - Uitgerust met een 37 mm Pak 36-antitankkanon.
- Sd.Kfz. 251/11 - Telefoonkabellegger.
- Sd.Kfz. 251/12, 13, 14, 15 - Gespecialiseerd artillerievoertuig.
- Sd.Kfz. 251/16 - Flammpanzerwagen Uitgerust met een vlammenwerper, die vast gemonteerd was en met een vlammenwerper die van het toestel kon gehaald worden, maar er nog steeds mee verbonden bleef.
- Sd.Kfz. 251/17 - Luchtafweer, uitgerust met een 20 mm Flak 30 of Flak 38.
- Sd.Kfz. 251/18 - Artilleriewaarnemingsvoertuig.
- Sd.Kfz. 251/19 - Mobiele telefooncentrale.
- Sd.Kfz. 251/20 - Uhu Infrarood zoeklicht voor nachtgevechten, in samenwerking met Panther tanks met IR-kijkers en Panzergrenadiers met "Vampir" nachtzichtapparatuur.
- Sd.Kfz. 251/21 - Flakpanzerwagen. Uitgerust met 3 15 mm Drilling-MG151-machinegeweren.
- Sd.Kfz. 251/22 - Uitgerust met een 75 mm PaK 40-kanon.
- Sd.Kfz. 251 Calliope - Door de Amerikanen veroverde Sd.Kfz. 251 voertuigen die voorzien werden met een T34-systeem.
- OT-810 - Tsjechoslowaakse na-oorlogse versie geproduceerd door Praga en Tatra